3 december 2020

Op de pijp met….

Even pauze. Even op de pijp. Bakkie doen, praatje maken. Met en over bijzondere Westlanders. Westlanders met een verhaal. Over Westlandse waarden, en over heden, verleden en toekomst. Deze keer praten we met: Nico de Gier

Nico de Gier (64) is ‘Zo links als ik maar kan zijn’. De fractievoorzitter van PvdA Westland is zeker ideologisch gedreven, maar zoekt toch ook vooral de samenwerking: “Politiek is zoeken naar samenwerking, vanuit de eigen idealen.” Nico is single en heeft twee zoons. Hij woont in Naaldwijk.

Waar kom je vandaan? 

Hoewel mijn roots in het Westland liggen, mijn opa van vaderskant was kapper in de Julianastraat in Naaldwijk en mijn opa van moederskant had een grote smederij in Monster, ben ik geboren in Den Haag en heb ik de eerste jaren van mijn leven in de Schilderswijk gewoond, samen met mijn 2 broers en 3 zussen. Daar waren mijn ouders heen verhuisd vanwege de woningnood in het Westland, die er toen ook al was. Mijn vader werkte bij een bakker in Wateringen. Daar verhuisden we dan ook heen toen ik zeven was.

Nogal een verschil… 

De Schilderswijk was toen, net als nu, een plek waar de lage inkomens samenkwamen. Maar als kind was het een paradijs waar ik heerlijk op straat kon spelen. Je had in onze straat talloze bedrijfjes; een patatbakker, een meubelmaker… Dan kon je als kind rustig mee als de buurman ergens op de fiets ging bezorgen. Zo veilig voelde dat blijkbaar voor mijn ouders. Maar ook in Wateringen voelde ik me meteen thuis. Ik ging direct naar VELO, judo, voetballen… Voor school ging ik wel steeds naar Den Haag want mijn moeder wilde ons niet volslagen Westlands opvoeden: eerst de Petrus Dondersschool aan de Ambachtsgaarde en daarna, kort,  het Thomas More College.

Waarom kort? 

Ik heb astma, en dat betekende dat ik als jongere veel in astma-centra verbleef, en dus ook verschillende scholen bezocht. De aandoening is ook de reden dat ik maar weinig in de tuin gewerkt heb, want ik was dus erg allergisch. Sowieso vond ik de tuin maar zozo. Ik weet haast zeker dat sommige tuinders die ‘Hagenees met z’n accent’ minder betaalde dan de Westlanders. Toen ik op mijn dertiende weer terugkwam naar het Westland bleek dat ik op mijn school in Zeist behoorlijk achter was gaan lopen waardoor ik het vwo niet meer kon halen. Ik kreeg mavo-advies, maar daarvoor ben ik dan weer te eigenwijs. Dus heb ik eerst MTS werktuigbouw gedaan en vervolgens na twee jaar HTS. Maar door mijn allergieën was de techniek ook geen ideale werkplek, dus daarom wilde ik iets met computers gaan doen. ICT-opleidingen bestonden toen, het waren de jaren ’70, nog niet. Maar de faculteit Wiskunde in Delft had een afstudeerrichting ICT. Met hard werken heb ik het toelatingsexamen gehaald en vervolgens heb ik de opleiding afgemaakt. Toch ben ik uiteindelijk niet in de ICT beland.

Want? 

Voor mijn afstuderen heb ik de automatisering van het landelijk bevolkingsadministratie helpen opzetten en daarna ben ik daar vijf jaar blijven werken. Ik trok het hele land door om gemeentes uit te leggen hoe ze zoiets op moesten laten bouwen en daardoor werd ik als vanzelf een soort organisatieadviseur. Via de Abvakabo werd ik gevraagd om bij hun organisatieadvies bureau te komen werken en sindsdien heb ik nooit meer iets met ICT gedaan. In de acht jaar dat ik daar werkte ben ik echt overal in Nederland geweest om te helpen bij reorganisaties, privatiseringen en andere organisatiezaken. Op den duur werd me dat te commercieel en ik heb ontslag genomen. Ik heb toen even bij Economische Zaken gewerkt, maar werkte speciaal vier dagen om me meer te kunnen bezighouden met de opvoeding van mijn kinderen. Dat laatste sprak me aan en toen ik kort daarna door een kinderopvangorganisatie werd gevraagd als directeur heb ik ja gezegd. Vervolgens heb ik jarenlang in de kinderopvang gewerkt, later ook als ZZP interim directeur. Dat doe ik nu nog steeds, naast mijn werk als gemeenteraadslid voor PvdA Westland. Omdat mijn politieke werk veel tijd vraagt kan ik maar een paar klussen per jaar doen. Maar ik red het ermee.

Interimmanager, privatiseringen, dat klinkt niet links… 

Toch ben ik zo links als ik maar zijn kan. Al sinds mijn studententijd. Ik was indertijd ook actief in de studentenbeweging en de faculteitsraad. Ik heb diverse bezettingen helpen organiseren en was één van de oprichters van de Landelijke Studentenvakbond. Ik had toen ook al contacten met de politiek, onder andere omdat ik dé expert was op het gebied van studiefinanciering, waar ik ook het handboek over heb geschreven, en daarom geregeld bij de minister en de Tweede Kamer kwam. Maar met de VSSD, die onder andere een eigen drukkerij en uitgeverij had, hadden we ook mensen in dienst, dus ook commercie was me niet vreemd. Ondernemen en links worden nogal eens als tegenpolen gezien, maar ik ben zelf ondernemer, en een aantal fractieleden ook. Er is ook niks mis met geld verdienen en winst maken. Maar niet om de zak van aandeelhouders te spekken. Je bedrijf moet goed draaien om je dienstverlening te verbeteren en te kunnen investeren in je medewerkers. En privatiseren kan soms nodig zijn. Maar dan wel op een verantwoorde manier. Ik ben in de eerste plaats een mensenmens. Ik erger me aan de slechte omstandigheden waarin werknemers vaak verkeren. Als interim-manager wil ik vooral fungeren als coachend leider. Faciliterend.

Waarom de PvdA?

In mijn jonge jaren stemde ik PSP. Toen die opging in GroenLinks ben ik daarin niet meegegaan. Ik werd meer aangesproken door de nieuwe PSO van Fred van der Spek. Dat liep fout en vervolgens werd ik actief voor de PvdA in Naaldwijk. Dat is inmiddels 27 jaar geleden. Ik ben 12 jaar steunraadslid geweest, heb 12 jaar in het bestuur gezeten en ben inmiddels tien jaar raadslid. Tijdens de fusie heb ik alle plaatselijke partijen tot één PvdA Westland samengesmeed.

Jullie zijn nooit groot geweest in het Westland… 

Westland zit in het politieke spectrum toch vooral aan de (ultra)rechtse kant. Toen ik begon in de jaren ’80 ontmoetten we bij het flyeren op straat nog echt agressie. Maar dat is de laatste jaren zeker niet meer zo. Ook op andere gebieden merken we vooruitgang. Al sinds ik erbij kwam was het droevig gesteld met het aantal jongeren in de partij. Maar de laatste jaren zien we echt verjonging. Een deel van onze fractie is jonger dan 30. Ik vind het dan ook heel belangrijk om jongeren te interesseren voor de politiek. We hebben ook een klasje. En daarin behandelen we niet de partijstandpunten, maar gaan we in op hoe de parlementaire democratie werkt. We geloven niet in polariseren, maar in samenwerking zoeken vanuit je eigen idealen. Dat is politiek!

Kun je dan wel iets betekenen in het Westland? 

We zijn in de eerste plaats een getuigenispartij. We willen een sociaal geluid laten horen. Daarin durven we nu ook wat meer onze successen te laten zien, die er oók zijn. We hebben een ombudsteam dat mensen met problemen helpt. Zoals slachtoffers van de Toeslagenaffaire, die we hier in het Westland ook hebben. We houden het sociale netwerk bij en zijn betrokken bij Patijnenburg, Vluchtelingenwerk en noem maar op. In kleine stappen zien we ook idealen verwezenlijkt. Verbeteringen van de arbeidsomstandigheden in de tuinbouw, mede door ons werk. En de gemeentelijke schuldhulpverlening is ook verbeterd. We zijn ook voor de ambtenaren op het gemeentehuis een kennisbron. We zijn misschien wel de enige fractie waar zij om raad komen vragen.

Dus wel invloed, maar toch een kleine achterban… 

Eén op de zeven stemmers in het Westland kiest tijdens de landelijke verkiezingen voor de PvdA. Dus ze zijn er. We raken ze alleen lokaal kwijt aan de lokale partijen. Dat komt deels omdat we vanaf de jaren ’90 veel idealen hebben laten versloffen waardoor er veel vertrouwen verloren gegaan is. We zijn de volksbuurten kwijtgeraakt. Daar zijn lokale partijen op ingesprongen. Daar komt bij dat er soms ook wantrouwen bestaat tegen een landelijke partij. Westlanders zijn heel sociaal en lokaal, maar ook heel erg ons-kent-ons. Dat zien we ook terug bij de lokale partijen. We lijken soms wel het Gallische Dorpje dat krampachtig aan zichzelf vasthoudt en alles buiten de palissade gevaarlijk vindt. Tegelijkertijd verdienen we in het Westland ons geld vooral met de handel op het buitenland. Dat blijft een rare paradox.

Reageren? [email protected]

Gepubliceerd in Groot Westland 2-12-2020 in de column  Op de pijp met….?