Toch weer vrienden?
Vorige week ging ik nader in op de discussie die in de raad werd gevoerd over de herijking van de subsidies. En de irritatie die dat bij mij opriep. Te laat de raad bij deze gevoelige materie betrokken en geen signalen dat het college dat alsnog wilde. Maar bovenal een autoritaire houding ten opzichte van alle verenigingen en instellingen die jaarlijks veel of weinig subsidie ontvangen.
Vandaar dat ik in mijn bijdrage tijdens de behandeling van de voortgangsrapportage van het collegewerkprogramma hamerde op de noodzaak om als gemeente niet alleen de wereld proberen te verbeteren. Maar om dat in gezamenlijkheid te doen. College met raad. Gemeente met burgers en met instellingen. En open te staan voor andere ideeën, gedachten of suggesties. Of zoals Jaap Schep terecht opmerkte: Een van de essentiële keenmerken van een democratie is dat meerderheden zich maximaal inspannen om ideeën en suggesties van minderheden te wegen, te bediscussiëren en deze gemotiveerd al dan niet te honoreren.
Na de ervaring van vorige week had ik er weinig vertrouwen in. Maar dat is deze week weer een beetje versterkt, Sterker nog, ik heb het idee dat mijn niet verhulde irritatie van vorige week tot resultaat heeft geleid. Gemeentebelang Westland onderstreepte in zijn bijdrage het belang om samen te werken. Het CDA was daar zelfs nog stelliger in en ook de andere partijen wezen hierop. En uiteindelijk merkte wethouder Bogaard in zijn beantwoording ook op dat de raadsvergadering van vorige week voor het college aanleiding was geweest om een en ander nog eens rustig te ‘evalueren’. En dat heeft geleid tot de conclusie dat het geen gelukkige en zelfs verkeerde keuze is geweest en dat men er voor gekozen heeft om in de toekomst meer gezamenlijk op te trekken. Als college met de gehele raad. Coalitie en oppositie.
In mijn ogen is dat winst. Bij gemeentepolitiek moet de eerste focus niet op het ‘politieke spel’ liggen, maar op het geen goed is voor het Westland en zijn inwoners. Natuurlijk komen daar vanuit de verschillende politieke partijen eigen visies op. En natuurlijk mag dat scherp zijn. Soms moet dat zelfs. Maar een open, normale manier van onderwerpen met elkaar bespreken – zonder angst dat de daar verstrekte informatie op enig moment tegen je wordt gebruikt – lijkt mij te prefereren.
We worden volwassen. En het werd tijd, want er staat de gemeente nog heel wat te wachten. Bezuinigingen. Herijking subsidies. De Westlandse Zoom. En de overdracht van taken van het Rijk naar de gemeenten, zoals op het sociale terrein en op de jeugdzorg. Raadsleden hebben nu reces en mogen zich de komende zes weken op die volwassen rol voorbereiden. Als we niet uitkijken herkennen we elkaar in augustus niet meer terug.
Jan Prins
Reageer: [email protected]