Het rommelt in de Rekenkamer.
De gemeenteraad heeft geen gelukkige relatie met de gemeentelijke Rekenkamer. Dit is een semionafhankelijk orgaan dat onderzoeken ten behoeve van de gemeenteraad uitvoert. De eerste commissie, waar ik deel van uitmaakte, is de nek omgedraaid, omdat men zich niet in de werkwijze kon vinden. En toegegeven moet worden, de afstemming of informatie-uitwisseling met de raad verbeterd kon worden. Vervolgens is er, na een uitgebreide en zorgvuldige voorbereiding, een nieuwe commissie benoemd. Drie leden van buiten de raad, en twee raadsleden. John Witkamp en Martin Buitelaar. Die club functioneert nu ruim een jaar en dit jaar werd ze zelfs gevraagd een onderzoek te doen naar de gang van zaken rondom het nieuwe gemeentehuis. Ook gebeurd en naar tevredenheid.
Totdat de voorzitter van de Rekenkamercommissie de raad er aan herinnerde dat er een toezegging lag over het budget als het onderzoek naar het gemeentehuis niet binnen het reguliere budget dat voor de Rekenkamer beschikbaar is uitgevoerd kon worden. Voor sommige fracties binnen de raad was dit ‘ongehoord’. De toon van de brief stond men niet aan. En meer van dat soort inhoudelijke kritiek. Maar er lag gewoon al een toezegging van de raad dus via een mede door ons ingediende motie is het nakomen van die toezegging afgedwongen.
En toen kwam de begrotingsraad. Het moment van afrekening. Zonder ook maar enig overleg met de Rekenkamer of diens voorzitter besloten de coalitiepartijen het budget te korten. De voorzitter liep maar bij de raad te leuren voor onderwerpen. Een ander zou in het licht van de eerdere discussie over de rekenkamer misschien zeggen dat de voorzitter juist trachtte in overleg te komen met de raad en de planning beter af te stemmen. Resultaat van een en ander: de voorzitter legt zijn functie neer, evenals John Witkamp. Men voelt zich niet serieus genomen. Dat schiet dus allemaal niet op.
Jan Prins
Reageer: [email protected]